Hoofdstuk 4: De geschiedenis van de telefoon
Vroeger werd er verbinding gemaakt met draadjes. Als het via een verkeerd plugje ging dan was je verkeerd verbonden. Wilde je bellen naar je oma die bijvoorbeeld op de Lepellaan 2 in Amsterdam woont dan ging dat via een aantal ¨stations¨. Eerst kwam je bij een centrale receptie. Die schakelde je door naar een receptie in Amsterdam en die schakelde je door naar een straat om vervolgens daar je naar het juiste huisnummer te verbinden. Hier werd er serie schakeling gebruikt.
Later ontstonden er telefoonschijven die verbinding maakten door schakelaars. Door de schakelaars werd er verbinding gelegd. De schakelaars geven pulsen af. Je had toen nog geen persoonlijk telefoonnummer maar een telefoonnummer van een aansluiting van je huis.
Hierna kreeg je tonen. Elk nummer had twee tonen.
Toon -> 1 2 3
4
5
6
7
Tegenwoordig heb je nog steeds telefoonnummers. Nu gaan ze via een computer met een IP-adres.
Maak jouw eigen website met JouwWeb